We weten dat de nominale rente door de monetaire overheden kunstmatig laag gehouden wordt. Tegelijk voert men een expansief monetair beleid. Dit extra geld dient om de schulden te steriliseren: doorrollen, vervangen en de illusie hoog houden dat de marktwaarde minstens even hoog is als de boekwaarde. Daardoor komt het voorlopig nog niet tot prijsinflaties. Spaarders houden best hun hart vast wanneer dit geld wel begint te circuleren in de reële economie. Nu al is de reële rente negatief. Anders gezegd, de koopkracht daalt. Nog duidelijker: we worden armer. Er dwaalt dus een enorme berg geld rond op zoek naar rendement. Dat zoekt en vindt zijn weg naar onder meer de aandelenmarkten. Hoe verklaart men anders dat de beursindexen op het hoogste peil in meerdere jaren staan terwijl er fundamenteel naar waardering en vooruitzichten toe niets is om vrolijk over te worden. De enige veilige haven voor duurzame koopkrachtbescherming is fysiek goud. Een bewering die bij sommigen altijd weer hevige emoties oproept. Goud is geen wondermiddel dat alle economische problemen zal oplossen. Op dit moment is fysiek goud het enige toevluchtsoord voor de spaarder die op een ernstige manier bezig is met koopkrachtbehoud.
1.Wat zijn de factoren die de goudprijs beïnvloeden.
Het antwoord op deze vraag hangt af van de invalshoek. Op korte termijn spelen er tientallen factoren. Je zou kunnen stellen dat de goudprijsbeheersing deel uitmaakt van de valuta-oorlogen of ‘currency wars’ die dagelijks op de Forex markten worden uitgevochten tussen de verschillende handelsblokken. Op langere termijn zal goud onvermijdelijk worden losgekoppeld van de fiat valuta (zie volgende vraag).
2. Zie je een monetaire rol voor goud en/of zilver weggelegd?
Goud vervult nu nog een monetaire rol tegen wil en dank. De link met de Amerikaanse dollar is zelfs na Bretton-Woods nog steeds niet doorbroken want de prijs van goud en ook andere grondstoffen wordt in USD genoteerd. De voorbije jaren werden herhaaldelijk ballonnetjes opgelaten over een terugkeer naar een klassieke goudstandaard. Het laatste voorstel kwam van de Republikeinse Partij in de Verenigde Staten. Het gaat echter om niet meer dan politieke stemmingmakerij en het voorstel is dan ook volstrekt kansloos. Bij de klassieke goudstandaard werd de dollar gekoppeld aan goud volgens een vaste inruilkoers. Op die manier wordt er theoretisch een rem gezet op de ongebreidelde geldexpansie (want er komt jaarlijks slechts een beperkte hoeveelheid goud bij) en kan bijgevolg de prijsstabiliteit worden gegarandeerd. Een nobel doel, alleen is dergelijk systeem is anno 2012 onwerkbaar en dit was het trouwens 50 jaar geleden ook al. Het probleem zit niet zozeer in het beperken van de limieten op de geldexpansie, want dit zou op dit moment zelfs een goede zaak zijn, maar in de rigiditeit van het systeem. De klassieke goudstandaard heeft nooit gewerkt en zal ook nooit werken. De vraag is bovendien aan welke prijs men die ruilverhouding vastlegt: hoeveel goud gaat er in 1 geldeenheid? En vooral, in welke munt? En op basis waarvan moeten dan deze beslissingen (prijs/munt) worden genomen? En door wie? Dit neemt niet wel dat het monetaire systeem onvermijdelijk op de schop zal moeten. Daarin zal opnieuw een belangrijke rol zijn weggelegd voor goud, alleen niet onder de vorm van een klassieke goudstandaard.
Goud moet losgekoppeld worden van de fiat valuta en dat kan alleen als er ook een vrije prijsvorming tot stand kan komen. Centrale banken bezitten nog steeds grote hoeveelheden goud. Dat goud staat niet zonder reden op de actiefzijde van de balans van de ECB en andere centrale banken maar met een welbepaald doel. Sinds 1999 (Washington Agreement) is er ook een herverdeling van het goudbezit aan de gang. Ook de IMF verkopen passen in dat kader. Er wordt dus een alternatief klaargestoomd voor als het huidige schuldsysteem bezwijkt onder zijn eigen gewicht. Het gaat hierbij om een geleidelijke transitie waarbij de koopkracht van goud geleidelijk opwaardeert.
Zilver heeft helemaal geen monetaire rol en zal die ook nooit hebben. Het klassieke bi-metallisme komt nooit meer terug. Er is geen enkele centrale bank die nog over substantiële hoeveelheden zilver beschikt. Dit kan tellen als signaal voor zij die op een monetaire rol voor zilver hopen. Zilver kent hoofdzakelijk industriële toepassingen maar onderscheidt zich van de andere basismetalen door de in verhouding hoge investeringsvraag.
3. Vind je dat een deel van een portefeuille in fysiek goud en zilver moet zijn belegd? Waarom wel/niet?
Ik verwijs naar het antwoord op de vorige vraag. Dat moet iedereen voor zich uitmaken. Het is heel lastig om het evoluerende goudverhaal aan het brede publiek uit te leggen. De geesten zijn er echt nog niet rijp voor. De overgrote meerderheid heeft geen idee hoe het financieel systeem in elkaar zit en ziet de huidige crisis als een fenomeen dat wel zal overwaaien. Er is nog steeds een grenzeloos vertrouwen dat de politieke en monetaire overheden het ook nu wel weer zullen oplossen. Het heeft daarom weinig zin om iemand die nog in klassieke economische denkpatronen vast zit te proberen overtuigen van het nut van fysiek goud. Spaarders moeten zichzelf overtuigen van de noodzaak van fysiek goud. Zij die dit niet doen verkopen bij elke correctie van 5 tot 10 procent.
Koen Lauwers is onafhankelijk financieel analist gespecialiseerd in goud en grondstoffen en werkt voor verschillende bedrijven in Nederland, België en het Verenigd Koninkrijk
Redactie: Dank, Koen voor deze waardevolle bidjrage!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten